Informatie over Klassieke Varkenspest en Afrikaanse Varkenspest

Er zijn twee soorten varkenspest, Klassieke (KVP) en Afrikaanse (AVP) varkenspest en beide zijn voor varkens erg besmettelijk. Mensen zijn niet gevoelig voor het varkenspestvirus en het levert dus geen enkel gevaar voor de volksgezondheid. Vlees van met varkenspest besmette varkens komt niet in omloop. De dieren sterven en worden vernietigd. In Nederland is sinds 1998 geen varkenspest voorgekomen, mede dankzij veel hygiënemaatregelen in de bedrijfsvoering van de varkenshouderij.

Wat is Klassieke Varkenspest?

Klassieke Varkenspest is een varkensziekte. Mensen en andere dieren zijn niet gevoelig voor het virus dat KVP veroorzaakt. Bij KVP is er geen risico’s voor de volksgezondheid. Varkens kunnen besmet worden door direct onderling contact. Ook kan het virus zich verspreiden via transport, personen of materialen. Het voeren van varkens met besmette voedselresten kan eveneens de ziekte veroorzaken. Dit is in Nederland verboden. Industriële bijproducten uit de zuivelindustrie of bakkerijen zijn wel toegestaan, omdat ze het juiste behandelingsproces hebben ondergaan. Het virus kan maandenlang in leven blijven en in varkensvleesproducten worden verspreid. Het is daarom aan te raden geen vleesproducten uit andere landen mee te nemen naar Nederland.

Wat is Afrikaanse Varkenspest?

Het Afrikaanse varkenspestvirus (AVP) is alleen besmettelijk voor varkens. Mensen zijn er niet vatbaar voor; andere dieren evenmin. Hoewel er geen gevaar is voor de volksgezondheid kan het Afrikaanse Varkenspestvirus in de varkenshouderij grote schade aanrichten, omdat besmette dieren uit productie moeten worden gehaald en worden vernietigd. Vlees van besmette varkens komt niet in omloop in de voedselketen.

Afrikaanse varkenspest is een hardnekkig virus dat moeilijk te bestrijden is. Het virus kan maanden in een stal aanwezig zijn en blijven. Het AVP-virus komt in Europa endemisch voor op het Italiaanse eiland Sardinië. Transport van varkens en varkensvleesproducten vanaf het eiland is niet toegestaan. Medio 2014 is het virus geconstateerd in Rusland en nadien (in de EU) ook in de aangrenzende Baltische staten en Polen met name onder wilde zwijnen; medio 2018 is het virus opgedoken in Roemenië, in Bulgarije en Hongarije, met name onder wilde zwijnen. AVP kan ook worden veroorzaakt door restproducten uit keukens (swill) die onvoldoende zijn verhit en aan varkens worden gevoerd. Dit is in Nederland verboden.

Gezonde varkens

De Nederlandse overheid en de Nederlandse varkenshouderij hebben draaiboeken om bij een uitbraak direct maatregelen te nemen. De Nederlandse varkenshouderij kent een streng hygiëneregime om te helpen voorkomen dat het varkenspestvirus in Nederland of op de bedrijven terecht komt. Varkenshouders en dierenartsen moeten een verdenking direct melden. De bedrijven gaan onmiddellijk in quarantaine.

Via het Identificatie & Registratiesysteem (I&R) is snel na te gaan met welke andere bedrijven contact is geweest. Ook daar worden maatregelen getroffen om besmetting tegen te gaan. Tot nu toe is het zo dat in een gebied met varkenspest ook gezonde dieren uit productie worden gehaald om verdere verspreiding te helpen voorkomen.

In het kwaliteitssysteem IKB is de verplichting opgenomen van regelmatige controles op besmettelijke dierziekten. Varkensbedrijven mogen maar een beperkt contact hebben met andere varkensbedrijven. Daarnaast worden bloedmonsters genomen om de dieren te testen.

Ontwikkelingen

De Nederlandse varkenshouderij wil voorkomen dat bij een uitbraak van varkenspest gezonde dieren moeten worden gedood. De sector pleit er in de EU voor varkens te vaccineren met een markervaccin, waarmee onderscheid kan worden gemaakt tussen de gevaccineerde dieren en dieren die geïnfecteerd zijn. Zo kunnen bij een uitbraak gezonde varkens worden gespaard. Een voorwaarde is dat vlees van deze (gevaccineerde) varkens in het buitenland wordt geaccepteerd. In Nederland hebben supermarkten via het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) laten weten vlees van gevaccineerde dieren te willen verkopen.

De Europese Commissie heeft een vaccin goedgekeurd, maar de Europese richtlijn moet nog verder worden uitgewerkt. Nederland heeft alle voorbereidingen getroffen om van het markervaccin gebruik te maken en er zijn tests beschikbaar om aan te tonen dat het gaat om het vaccin en niet om de ziekte zelf. Het markervaccin mag bij een uitbraak wel worden gebruikt om een uitbraak te bestrijden.
De Nederlandse varkenshouderij laat onderzoek uitvoeren. Ook wordt naar oplossingen gezocht om bij een uitbraak allerlei ongewenste situaties te voorkomen. Het doel is gezonde dieren te sparen, knelpunten op het gebied van dierenwelzijn te voorkomen en – als het niet anders kan – het ruimen van de dieren zo diervriendelijk mogelijk uit te voeren.

Met dank aan het dossier op Vlees.nl, klik voor volledig dossier